Kasper van der Meulen Interview
Kasper van der Meulen Interview
29 min. leestijd

Kasper van der Meulen Interview

Kasper van der Meulen is al jaren bezig met de ademhaling. Als leraar biologie weet het er heel veel van, maar pas in zijn volwassen leven gaat hij er actief mee aan de slag.

En dan echt reuze actief!!

Hij heeft jaren met Wim Hof de wereld over mogen reizen en weet wetenschap en alternatief geweldig uit te leggen.

In het gesprek ook meer over Biohacking, gewoon kijken!
Onder de video staat het hele interview met Kasper van der Meulen uitgeschreven, voor het geval je liever leest dan kijkt 🙂

nbsp;

Interview Kasper v.d. Meulen

Heleen: Hey, van harte welkom bij deze video van mij, Heleen van Herleva, en dit is een hele bijzondere video, want ik heb vandaag Kasper van de Meulen te gast. Hij is een geweldig inspirerend iemand. Hij is een biologie leraar Biohacker, ademwerker en zoveel meer; vooral mega inspirerend, dus kijk deze hele video want dit wil je allemaal weten. Super gaaf dat je tijd wil vrij maken voor dit interview, waardeer ik zeer. Jij bent al jaren bezig met ontwikkeling en groei, maar ik ben zelf heel benieuwd waarom je pas later in je volwassen leven de kracht van de ademhaling tegenkwam.

Kasper: Dit is een kernachtige vraag en zeker in de laatste tijd ben ik in zekere zin “back to my roots” als biologiedocent, omdat ik steeds meer realiseerde hoe je je menselijke ervaring kunt optimaliseren en ook hoe je je bewustzijn kan vergroten. Ik kom steeds achter dat er aan de ene kant een heel grote lading wetenschappelijk begrip, onderzoek en publicaties zijn over ademhaling, connectie tussen lichaam en geest. Ademhaling hoe het relateert tot leef kwaliteit, maar ook gewoon hele basale ouderwetse tekstboek biologie over sympathicus en parasympathicus.

Over hoe zuurstof getransporteerd wordt in het lijf. Het is eigenlijk allemaal beschikbaar en tegelijkertijd is er ook heel veel misère op dat gebied, dus mensen die heel veel chronische klachten hebben, mensen die stress hebben, mensen die angstig door het leven gaan. Het lijkt het er een beetje op, tenminste mijn conclusie door mijn werk de afgelopen jaren en alle verschillende mensen waarmee ik werkte, dat er een kloof is tussen de kennis die we hebben, die beschikbaar is, en het vermogen om het ook in je dagelijks leven toe te passen. Dat was voor mij ook heel lang eigenlijk de situatie waar ik mee leefde, dus ik had ook al heel jong allerlei klachten en allerlei uitdagingen. Ik had dan bepaalde kwalen en daar was weer een diagnose bij. Bijvoorbeeld slecht kunnen concentreren en iemand vond dan wel dat daar een diagnose ADHD bij hoorde of ik was heel angstig en dan was het een angststoornis waar dan weer medicatie voor was.

Gelukkig heb ik dat nooit helemaal hoeven te bewandelen, maar wat ik al heel snel op jonge leeftijd afvroeg was hoe het allemaal werkt. Hoe kan het dat ik niet gewoon over straat kan lopen zonder bang te zijn, hoe kan het dat ik niet naar school kan gaan zonder heel veel stress te hebben? Mijn moeder is daarom ook mijn grote inspiratiebron, een absolute genie in dat ze mij altijd uitnodigde om uit te zoeken hoe dingen werkten, dus ik leerde bijvoorbeeld toen ik vijftien of zestien was van de paniekaanvallen. Toen ben ik me gaan verdiepen nog met daadwerkelijke encyclopedieën in stress en wat stress dan is. Ik vond het wel interessant hoe het allemaal werkt. Ik begon het wel meer te begrijpen, maar alsnog had ik niet hele praktische manieren om mee aan de slag te gaan. Na jaren daarmee bezig zijn begon ik pas een toepassing te zien van al die dingen die ik jaren geleden in de biologie boeken las. Ik baseer mijn werk heel erg op het zenuwstelsel, dat is in mijn optiek en een hele eenvoudige manier om mensen te introduceren aan de wat meer theoretische onderbouwing van het ademwerk. Als je begrijpt hoe je het lichaam schakelt van de actie stand naar de ruststand en hoe je daar met je ademhaling eigenlijk het kan sturen, dan win je daarin het zelf bewustzijn en kan je dat zien in het dagelijks leven. Nog steeds verbaas ik me erover dat ik eigenlijk al vroeg op school het zenuwstelsel leerde, maar nooit wat je eigen vermogen is om daar interactie mee te hebben met die biologie. Dat is eén van de redenen dat ik zo laat pas ermee kwam, omdat ik eigenlijk nooit had gerealiseerd dat je daar zelf heel veel invloed op kan hebben. Met voeding wist ik het bijvoorbeeld al langer en beweging kwam langzaam op mijn pad. Interessant genoeg vind ik het nog steeds hilarisch dat ademhaling het meest basale wat je doet, de meest basale biologische functie die we hebben, en de meeste mensen doen het suboptimaal.
Ik had dat zelf ook toen ik het ontdekte. Hoezo zien we het eigenlijk allemaal over het hoofd? Hoezo kijken we niet in deze hoek?
Het is hilarisch eigenlijk dat we dat niet doen. Nu wordt de ademwereld een beetje volwassen en zijn er steeds meer mensen die ernaar kijken, maar heel veel atleten waarmee ik werkte hebben geen flauw idee. Dan deed ik een paar dingen met ze en ze gingen enorm voor uit door een beetje met de ademhaling te werken. Ik dacht, “ben ik nou gek dat ik hiermee aan de slag ben of ziet iedereen het over het hoofd”. Ik heb het zelf ook jaren over het hoofd gezien en ik vraag me nog steeds af hoe mijn leven eruit zou zien als ik tijdens mijn extreme paniekaanvallen een paar adem tools had. Dit is wel echt een kernvraag.

H: Ik noem het een beetje alsof je een sluier had. Je had die informatie, maar je snapte niet wat je ermee kon. Zou het ook niet komen, omdat het je nooit geleerd is? Omdat niemand dat jou op aanreikte? Op school niet en dokters niet, dus dan zou je dat allemaal bij elkaar moeten bedenken.

K: Ik denk dat de grote moderne kwaal waar me mee leven is dat we leven in een paradigma waarin we eigenlijk een aanname hebben dat we altijd extern gereguleerd moeten worden. Het is meteen een heel groot filosofisch principe, maar wat we niet leren is zelfregulatie. We leren eigenlijk niet dat het vermogen tot zelfsturing het grootste vermogen is, eigenlijk het enigste vermogen is wat we hebben.
Het is niet de omstandigheden waarin je begeeft, het is hoe je reageert op die omstandigheden. Dit is vanuit de positieve psychologie al zo’n 60 of 70 jaar omschreven, maar de maatschappij, de manier hoe we opgevoed worden en waarop we geschoold worden heeft dat nog niet ingehaald.

Die gebruikt dat principe helemaal niet. Zelfs op maatschappelijk niveau is het een hele aanname dat we allemaal sturing nodig hebben van het hele concept van de overheid. Mensen hebben sturing nodig van buitenaf. Als je gezondheid verzwakt is geraakt, dat komt ten eerste van buitenaf wat je tot je neemt qua informatie, qua prikkels, qua omstandigheden en qua omgeving. Dat komt van externen en vervolgens hebben we geleerd om het heel erg extern te zoeken. We gaan op zoek naar iemand die een oplossing voor ons heeft en eigenlijk in alle velden van het moderne leven is er die aanname van dat moeten we van buitenaf zoeken. Het is jammer eigenlijk.

H: Daar ben ik zo met je eens. Dat vind ik zelf ook al ongelofelijk en ik weet dat ik dat jaren geleden ook dacht. Bij intellectuelen bijvoorbeeld, ze zijn echt slim, maar alsnog begrepen ze het niet. Dat kon ik gewoon niet geloven. Nu met Covid-19 ook dat de RIVM aangaf dat je zelf niks kunt doen, maar je kunt juist een hele hoop doen en het lijkt dat het ons niet geleerd wordt. Het is dus nog heel groot.

K: Eén van de redenen waarom ik thuis zo in ben gedoken is, omdat ik telkens bewuster werd en realiseerde ik dat ik een puinhoop was, en nog steeds wel. Alle dingen waar ik een soort van als expert in gezien wordt zijn dingen waar ik enorme uitdagingen mee heb gehad. Ik ben nog steeds op een constante zoektocht om bijvoorbeeld te werken met mijn ademkwaliteit in de nacht, ik heb nog steeds een hele lichte apneu hier en daar, en dat is wat mij altijd inspireert. Dat er altijd een uitdaging is en dat ik gewoon per se wil weten hoe ik zelf daaraan wat kan doen. Ik zal je een voorbeeld geven, ik zat twee maanden geleden bij een KNO-arts. Ik ben adem specialist en ik sta overal trainingen te geven, maar overal waar ik kom leer ik mensen over neus ademen en minimaal ademen, dat soort dingen, en dan zie je namelijk dat iedereen daar meteen een verbetering in heeft.
Ze gaan na een week met hun mond dicht slapen, gaat de neus openen en kunnen ze goed ademen. Dat werkt alleen voor mij niet zo goed. Het werkt op zich wel, maar ik ben al twee jaar bezig om mijn neusademhaling te verbeteren. Ik heb eigenlijk bijna geen allergieën meer, al mijn klachten van snurken en apneu zijn met 90 procent afgenomen. Ik zat dus bij een kno-arts om daar onderzoek naar te doen, want ik wilde gewoon daar alles over weten.

Ik moest dan een longonderzoek doen en slapen met een co2 meter. Dat vind ik waanzinnig interessant, want ik wilde dat die arts mij alles erover vertelde. Die arts was gelukkig ook blij dat ik interesse had, die werd ook helemaal enthousiast. Die was het helemaal niet gewend, die had soort van de tijd van zijn leven dat ik met hem kon praten over verschillende longfuncties en dat soort dingen. Dat zegt ook iets, dus de gemiddelde persoon die daar binnenkomt met klachten kom eigenlijk alleen voor de oplossing. Het is geen onwilligheid van de arts, het is geen onwilligheid van de patiënt, of van de mens, het is gewoon de manier waarop dingen werken. Toen kwam ik bij de kno-arts uiteindelijk en die ging dan scannen waarbij ze zagen dat mijn neusschelpen op waren gezet. Ik had toen natuurlijk duizend vragen en ook weer duizend aannames.

Ze konden een hele eenvoudige procedure doen waarbij ze met een hete naald die neusschelp konden inprikken waardoor het krimpt en dan zou ik weer vrijer kunnen ademen. Ik had toen eigenlijk nog heel veel vragen, maar toen was de tijd om. Later als ik dan onderzoek ga doen, zie ik dat er hele ernstige bijwerkingen zijn, want die neusschelpen, noemen ze ook wel erectile tissue, dat is een enorm gevoelig weefsel wat een hele belangrijke rol speelt in die immuun functie. Het speelt een hele belangrijke rol in de regulatie van je ademfrequentie, dus het vermogen van je brein om te weten hoeveel je moet ademen. Er zijn dus mensen die door die procedure een bijwerking hebben wat ze empty nose syndroom noemen waardoor ze niet meer weten hoeveel ze moeten ademen en extreme hoofdpijn klachten hebben. Ze moeten ook aan de antidepressiva. Ik zat dat te lezen en was verbaasd dat we op deze manier naar onze gezondheid kijken. Daar zat weer die kloof, want wat blijkt is dat die neusschelpen opgezet worden onder invloed van ontsteking.

Het komt dan door chronische stress. Het gaat dan ontsteken, je gaat minder door je neus ademen, hoe minder je neus gebruikt hoe minder je neus kunt gebruiken en langzamerhand verlies je die functie. Daar vind ik zo een aantal hele effectieve oefeningen waarmee je dat kunt verhelpen. Je moet dan ook in de darm gaan zoeken, dus je zult met de darm bezig moeten gaan om de slijmvliesontsteking te verminderen en daardoor kan je ook weer die neusschelp ontsteking verminderen. Dat is een enorm veld van mogelijkheden wat ik razend interessant vond. Het punt is hier dat er geen moment van educatie daar was. Het was een bijzonder bekwaam arts die precies deed waar die voor opgeleid was. Heel goed, hij was een leuke vent en ik heb niets tegen hem, dus niemand doet iets verkeerd in die zin. Het gaat meer erover dat als je kijkt naar het hele plaatje van hoe dit gaat, dan is het zelfs voor mij, als iemand die in die richting is opgeleid, heel erg moeilijk om die educatie te krijgen en die zelfsturing te vinden van buitenaf. Er is een enorme hoeveelheid interne motivatie nodig om daarmee aan de slag te gaan en veel mensen die vinden dat erg moeilijk om het te vinden.

H: Ja, want dat betekent dat je eigen verantwoordelijkheid moet nemen door je eigen onderzoek te doen. Dat vraagt het dan van jou in plaats van dat jij het van een ander krijgt moet je het zelf helemaal doen en dan een beetje pionieren ook. Dat is ook best dapper en moedig.

K: Denk het ook wel. Moedig is ook een mooi woord. Jij zal ze ook ontmoeten, tientallen mensen die om eén of andere reden hun draai niet vinden in het gezondheidsveld. Ze hebben een uitdaging en vinden overal niet echt hulp. Daardoor gaan ze maar wat proberen en komen ze bij ademhaling terecht. Opeens realiseren ze dan dat ze hier wat mee kunnen. Als je dan die mensen hun verhalen hoort, dan zit er een grandioos helder verhaal altijd achter. Iemand die zelf besluit om de regie te nemen en eigenlijk alles wat je van jongs af aan hebt geleerd om dan bereid te zijn om al het aangeleerde los te laten en op zoek te gaan. Dat vind ik waanzinnig inspirerend, eén van de grote redenen waarom ik dit werk doe.

H: Dat vind ik ook. Wim Hof is ook een leraar van ons en hij zei dat elke zoeker is een vinder, elke rups is een vlinder. Dat vond ik altijd mooi en ik weet zelf ook dat ik al als jong iemand op zoek was om me beter te voelen. Ik weet dat in mijn omgeving mensen aan hebben gegeven dat ik maar telkens zo zit te zoeken. Het was op een heel negatief manier bedoelt. Ik hield dan een tijdje op, want dat was blijkbaar niet sociaal wenselijk of misschien kwam ik raar over. Ik kon het alleen niet stoppen, want ik ben gewoon heel nieuwsgierig. Later dacht ik juist dat juist door nieuwsgierigheid wordt je gedreven en leer je van alles. Je ontdekt echt van alles en je hebt aan het eén wat meer dan aan het ander, maar dat kan allemaal. Alleen heeft niet iedereen dit, dat is ook oké, maar het vraagt altijd om uit de comfortzone te gaan en dat als je nieuwsgierig bent het ook te blijven. Ik kan me ook heel goed voorstellen als mensen iets zoeken dat ze dan tegen dingen aanlopen, bijvoorbeeld onbegrip, en dat ze dan maar ermee stoppen.

K: Ik denk dat nieuwsgierigheid heel erg wordt afgeleerd, het wordt een beetje eruit geramd. Dat is jammer, want we vinden het in Nederland belangrijker om normaal te zijn dan om gelukkig te zijn. Het is ook belangrijker om normaal te zijn dan gezond te zijn en normaal is niet hetzelfde als gezond. Bijvoorbeeld voor die kno-arts was het normaal dat er niet veel aan de hand was, want ik ben nou eenmaal een gezonde jonge man en een beetje door mijn mond ademhalen is niet erg. Alleen als ik nog twintig jaar een beetje door mijn mond adem dan heb ik over twintig jaar scheve tanden en een kaak die niet goed meer werkt. Dan wordt het alleen maar slechter, maar dat is weer een ander verhaal.

H: En de pleister helpt niet voldoende?

K: De pleister helpt aardig, maar het is een heel specifiek verhaal voor mij persoonlijk. Ik heb dus een obstructie in mijn linker holte vooral en dat is natuurlijk meteen boeiend voor mij aangezien ik mij afvraag waarom het juist aan die linkerkant zit. De pleister helpt enorm, dat zorgt voor 90% afname van klachten, maar het punt is dat als ik 90% afname heb van klachten dan is die arts al heel erg onder de indruk aangezien hij dat niet vaak ziet. Daarnaast val ik ook binnen de normale zone, dus je hebt de normale zone en als je daaruit valt zit je eronder en het systeem is gebouwd om je terug te krijgen naar normaal en verder niet. Wat de definitie van gezond betekent is dat je onder de norm valt, maar als je kijkt naar de norm, dus de helft van Nederland is chronisch ziek en aan de medicatie boven de 50, dan wil ik niet bij die norm horen. Hetzelfde geldt voor het onderwijs.

Als je naar de HAVO gaat dan betekent dat je binnen de normale lijn van die manier van denken valt, dus dat is wie je bent. Als je dan daarbuiten denkt dan is het helemaal niet handig voor het schoolsysteem, want dan moeten ze daar wat mee. Het is helemaal niet de onwilligheid van leraren nogmaals. Ik ben jaren leraar geweest, allemaal prachtig mensen die zich inzetten voor de goede zaak, maar wel vanuit de paradigma van normaliteit. Als je van jezelf niet binnen de normaal valt, dan heb je een uitdaging.

Ik merkte al in de brugklas dat ik die kinderen hun nieuwsgierigheid weer probeerde aan te leren en dan kreeg ik ruzie met ze. Dan kreeg ik ook boze mailtjes van ouders; ik weigerde soms om een vraag te beantwoorden. Dan vroeg een leerling wat een antwoord was en ik stelde meestal dan een vraag terug zodat ze het antwoord zelf kunnen vinden, maar dan werden ze geërgerd en kreeg ik opmerkingen van dat ik het antwoord moest geven aangezien het mijn baan is. Het is mijn baan helemaal niet om hun een antwoord te geven, maar juist om hun te helpen te ontwikkelen.

Dan kreeg ik boze mailtjes van ouders, omdat ik hun vragen niet direct beantwoordden. Het is mijn taak niet om een kant-en-klaar antwoord te geven, het is om te helpen met denken en om hun nieuwsgierigheid te ontwikkelen. Daar was dus wel wat weerstand. Je ziet het bij jonge kinderen heel veel al; leren ze heel snel om gewenste antwoorden te geven, binnen de lijntjes te lopen en niet meer om nieuwsgierig te zijn. Ik denk dat dat juist is wat we nu zo nodig hebben in de moderne wereld.

H: Ik weet zelf ook, twintig jaar geleden deed ik een opleiding, had ik allemaal vragen en dat ik op een gegeven moment door de leerkracht voor schut werd gezet, omdat ik steeds van die vragen had. Ik heb me zo ongemakkelijk gevoeld en ik had een hele periode daarna dat, als ik in trainingen zat, ik bij mezelf dacht dat ik mijn mond moest houden en niet moest vragen, want dat was niet normaal. Tot ik een bepaalde mentor tegenkwam, want bij hem kon ik allemaal vragen stellen en hij had dan vaak ook antwoorden of hielp me om een antwoord te vinden.

Ik kwam helemaal bij, omdat ik gewoon vragen mocht stellen. Het is mooi hoe jij het zegt dat we zo richten op normaal doen en zijn. Het is mooi dat dit ook steeds een beetje gaat veranderen. Die tien procent doet ertoe, die onderzoekt. Wat ik ook een hele leuke titel vind is, jij hebt bijvoorbeeld ook bij je beschrijving biohacker als titel en ik denk dat heel veel mensen dat woord niet kennen. Ik denk ook dat het lijkt op wat je net al wat beschreef, maar ik dacht ik vind het toch leuk om mensen wat meer bewust te maken van dat mensen zoals jij er steeds meer zijn en dat het ook zo leuk is. Wat is dus eigenlijk biohacking?

K: Dat is een goede vraag. Er zijn verschillende stromingen binnen biohacking, het is een ongedefinieerde term en dat beviel mij wel, want ik val het liefst buiten hokjes. Ik sta bekend als ademspecialist, maar eigenlijk ben ik vanuit mijn interesse veel meer een generalist. Ik heb allerlei, voor andere mensen, volstrekt willekeurige interesses en ik leer alle kanten op, maar toen ik bezig ging met het werken aan mijn gezondheid toen werkte ik als biologie docent, sience docent, en ik gaf les over wetenschappelijk denken aan jongeren.

Wat ik daar steeds probeerde te doen was de wetenschap verbinden aan de dagelijkse ervaring en dat is eigenlijk dus het gebruik maken van moderne technologie, gebruik maken van wetenschappelijke kennis, om de resultaten van je leven te optimaliseren. Dat is eigenlijk wat biohacking is. Dat deed ik met mijn leerlingen al een poosje, want voor ik met mijn eigen gezondheid bezig ging paste ik die methode eigenlijk toe op het leerproces. Ik kwam heel veel obstakels tegen toen ik begon met lesgeven en langzamerhand realiseerde ik me dat er heel veel oplossingen waren.

Die waren ook gewoon prachtig wetenschappelijk onderzocht. Ik vond allerlei literatuur over de werking van het brein, over concentratie, over cognitie, over gedrag sturing aan de ene kant en tegelijkertijd aan een andere kant een schoolsysteem waarin die dingen allemaal niet worden toegepast. Uit het wetenschap blijkt dat elke keer weer het belangrijkste wat je kunt leren is hoe je eigen brein werkt, dus het leren leren is het belangrijkst. Dan zag ik weer die kloof, dus ik ging gewoon experimenteren met mijn leerlingen en allerlei leuke proefjes doen. Bijvoorbeeld, ik wist over stress, over de HP hals en ik zag al die kinderen met stress, enorme schouders vast, spanning in het gezicht en soms ook inderdaad hyperventilaties bij een toets binnenkomen.

Ze zijn dan in een bepaalde staat, ze zitten in een biologische staat waarin ze overmatige productie van adrenaline of cortisol hebben. Daardoor kunnen ze niet meer nadenken, want in die staat heb je helemaal geen toegang tot probleemoplossend vermogen, je wil eigenlijk vechten of vluchten. Toen dacht ik eraan wat het tegenovergestelde daarvan zou zijn of misschien wat dan de uitweg is. Eén van de eerste dingen die ik dan vond was een studie over oxytocine bijvoorbeeld. Als je oxytocine aanmaakt dan zet dat de stressreactie uit, maar hoe maken we dan oxytocine aan?

Er moet een gevoel voor veiligheid zijn. Dan las ik een andere leuke studie waarin stond dat de reden dat wij andere zoogdieren schattig vinden is, omdat als wij een zoogdier zien met baby kenmerken, grote ogen enz., zoals een puppy of een kitten dan hebben we een bepaalde reactie. Dan maak je een beetje oxytocine aan, dus ik dacht om dat dan toe te passen. Kinderen kwamen dan het lokaal binnen voor een toets, een natuurkunde toets die ze allemaal verschrikkelijk eng vonden, en opdracht eén was dan van staar naar deze compilatie van schattige puppy’s en kittens op het bord.

Die had ik dan zo geprojecteerd met een beamer en dat deed ik dan totdat ze allemaal een zacht gezicht kregen. Toen zag ik dat ze uit die sympathicus waren en konden ze de toets maken en het werkte uitstekend.

H: Geniaal.

K: Ja, en later pas las ik een ander manier om dat te doen door je uitademing te vertragen. Eén van die dingen wat je dan doet wanneer je die puppy’s ziet is uitzuchten. Dat is natuurlijk een nervus vagus stimulerende verlengde uitademing met stem. Dat vond ik waanzinnig en toen kwam ik op het spoor van chanting. Wat ik daar in ieder geval deed was een vraag stellen van wat de biologische staat is van de mensen. Ze zijn dan in een stress staat, wat is dan de wetenschap daarvan over bekend? Dit is de reden dat het in de weg zit, dus ze hebben niet het resultaat dat ze willen.

Biohacking gaat er eigenlijk over, hoe kunnen we dan het resultaat, dus het output van het systeem, verbeteren door een bewuste interventie te plaatsen op dat systeem niveau, of op input niveau. Dat is eigenlijk wat ik deed door ze die puppy’s te laten zien en nog een adem oefening met ze te doen. Daardoor ging hun output omhoog en gingen ze betere cijfers halen en met meer plezier toetsen maken. Ik was een beetje een mafkees op een eiland en ik had wel collega’s die het snapten, maar heel veel lieten mij maar mijn ding doen terwijl zij hun ding bleven doen.

Langzamerhand vond ik steeds meer mensen die op dezelfde manier dachten, die dit dus ook toepassen op hun eigen gezondheid, en toen dacht ik dat ik dit natuurlijk ook zelf kan doen. Ik kan ook zelf kijken naar welke output in mijn leven zijn en hoe die ervoor staan met mijn energie, mijn concentratie, mijn gewicht, mijn kracht, mijn conditie en hoe kan ik die dan verbeteren. Niet door te focussen op één ding, maar door te kijken naar het hele spectrum van wat er beschikbaar is.

De mensen die ik ontmoette op dat pad, en waar ik het meest mee resoneerde en die diezelfde open en holistische kijk hadden, noemden zichzelf biohackers. Het was meer dat ik die term niet echt heb gekozen. Toen realiseerde ik me inderdaad dat die term niet echt gedefinieerd is in Nederland. Er zijn ook wel verschillende scholen. De ene stroming zegt bijvoorbeeld dat biohacking heel erg richt op technologie en die hebben eigenlijk de aanname dat we zo snel mogelijk menselijke functies moeten upgraden en het liefst vervangen voor technologisch superieure opties. Dat is niet mijn stroming. Ik vind het wel interessant, maar technologie vind ik vooral boeiend om te meten en bij te houden.

Het is wel een interessant vraagstuk. Ik draag lenzen, dus zonder lenzen kan ik niet functioneren en met lenzen wel. Wat weerhoudt mij ervan om een lens te dragen waarmee ik uv-straling tegenhoud, of ik kan zien in infrarood of een lens waarmee ik mijn beeld naar boven normaal kan brengen. Ik heb dus lenzen om naar het normaal te komen, waarom zou ik niet lenzen gebruiken om boven het normaal te komen?

Maar goed, dat is een andere richting. Voor mij gaat het er vooral om hoe we technologie kunnen inzetten om onze natuurlijke menselijke vermogens opnieuw te vinden, zoals we die eigenlijk altijd hadden. Hoe kunnen we eigenlijk technologie gebruiken om in een moderne wereld, met al zijn luxe, toch die oerkracht te hebben? Daar vanuit kun je alles bestuderen. Dat is het leuke, een biohacker die kan net zo makkelijk zich verdiepen in de nieuwste wetenschap rondom epi genetica en al die studie gaan halen. Tegelijkertijd kunnen ze ook naar een chakra of kristal heler gaan wat door de meeste mensen als een absurd alternatief gezien wordt, maar het maakt niet uit voor een biohacker wat voor stigma het heeft.

H: Want je staat open om dat te verbeteren en hoe maakt dan eigenlijk niet uit.

K: Ja, hoe maakt dan niet uit. Het gaat altijd om het waarom. Om het tot een conclusie te brengen is dat bij alle experimenten in alles wat ik doe, als je helemaal naar de basis gaat, dan kom je uit bij ademhaling. Als je bijvoorbeeld alleen al kijkt naar voeding, iedereen weet wat ze wel of niet moeten eten, dan zie je eigenlijk van de manier waarop je ademt bepaalt of je vet wel of niet verbrand. Ook of je suiker verbrand of niet en de mate waarin je daadwerkelijk energie kunt vrijmaken uit je voeding. Daar heb je dus alweer ademhaling en hetzelfde geldt voor meditatie en met sport.

Ik werk met atleten die top 1% van de wereld zijn, olympische atleten, die eigenlijk alles weten over beweging en voeding is allemaal geoptimaliseerd, maar als ze hun ademhaling niet onder controle hebben, ze raken te snel aan overademing, ze ademen ‘s nachts te veel waardoor ze niet herstellen. Dan heeft eigenlijk die training veel minder zin, dus ik kwam steeds tegen dat elke keer ademhaling de eerste en belangrijkste is om mee te werken. Dat is een beetje hoe ik daar terecht in ben gekomen.

H: Dus zo werkt biohacking en daar ben je eigenlijk nu mee besmet zeg maar. Het blijft namelijk ook telkens doorgaan. Ik zat me voor het interview daar in te verdiepen en ik heb een hele grote vraag voor jou, Kasper. Je hebt dan ook mind academy waarbij je de mind combineert met de wetenschap.

Hoe zit het dan eigenlijk met het hart? Ik ben natuurlijk ook een vrouw, dus ik snap ook al die focus dingen als ik het zie en ik ben ook als een soort militair getraind door Wim Hof. Ik ontdekte, omdat ik natuurlijk geen man ben, dat ik in eerste instantie er helemaal van op aan ga om meer te weten. Alleen kan ik het niet volledig volhouden en dan haak ik af, want ik denk bijvoorbeeld dat ik niet goed genoeg ben.

Toen werkte het voor mij, en misschien werkt het meer voor vrouwen, als ik gewoon een deel deed. Dat gaf mij zoveel ruimte en lucht. Ik heb altijd een soort valkuil voor focus, ik ben een type die echt discipline in mijn leven moet doen, want anders is er chaos. Elke ochtend moet ik weten wat ik ga doen, want zo is mijn persoonlijkheid. Die focus houden snap ik wel, maar wat er dan gebeurt, en ik weet niet of jij dat herkent, ik doe dan te veel.

Ik zag ook dat jij ergens schreef dat het niet gaat om dat iemand het doet zoals jij, maar dat jij de eigen beste versie wordt. Toen dacht ik bij mezelf dat dit niet mijn kracht is, zo rationeel. Ik ben veel meer iemand die vanuit mijn hart dingen doet. Dat hart heeft gelukkig ook heel veel wetenschappelijk bewijs tegenwoordig. Mensen vinden het nog vaak een wazig iets, maar gelukkig is daar, voor hen die het wil weten, heel veel wetenschappelijk te meten.

Hoe zie jij dat en hoe stelt voor jou het dat de informatie eerder in het hart komt?

K: Er zitten heel veel dingen in waar ik over te zeggen heb. Wat ik jammer vind van de gezondheid en fitness industrie is dat er hele hoge mate is van doel oriëntatie, dus het idee van dat er een bepaalde versie van mijzelf is die ik nu niet ben en ik moet wie ik nu ben niet zijn om dan die persoon te worden. We hebben dan een heel cognitief idee, een bepaalde verwachting, bepaalde projectie van wat we zouden willen zijn en om daar naartoe te werken.

Dan is er natuurlijk een hele markt die ingericht is op die doelgerichtheid. Die ervan profiteert dat wij allemaal die doelen en verwachtingen hebben van onszelf. Wat voor mij juist het belangrijkste is, ook binnen biohacking, is dat het zo pragmatisch is dat het gaat om juist met zo weinig mogelijk inzet zoveel mogelijk resultaat te krijgen. Het is niet te perfectioneren. Perfectioneren is helemaal niet hetzelfde als optimaliseren.

Optimaliseren krijg je eruit wat jij eruit wil halen, dus als je met veel minder inzet meer kunt bereiken en de rest van de dag lekker op je luie gat kan gaan zitten dan denk ik dat het heel gezond is, luieren en niksen zijn heel belangrijk. De wereld, maatschappelijk gezien, sociaal gezien en ook persoonlijk, zit eigenlijk vast in doel oriëntatie, het idee dat uitkomsten het belangrijkste is.

Ik vind het heel mooi dat jij de vrouwelijkheid daarbij benoemd, want het is een beetje de mannelijke dynamiek om te richten op productiviteit, doelgerichtheid en telkens weer naar iets anders toe. Wat de wereld, wat mij betreft, nodig heeft is om nu daar uit te schakelen. Het heeft ons gediend natuurlijk, maar ook allerlei problemen opgeleverd.

We moeten schakelen naar het proces niveau, dus niet te vragen hoe je daar komt bij die bergtop of doel. We moeten ook ons afvragen hoe we ons voelen terwijl we daar komen. Eén van de mensen die ik ontmoette op mijn reis was een man van in de tachtig en die gaf aan dat hij 40 jaar erover heeft gedaan om een reis van dertig centimeter te maken, van zijn hoofd naar zijn hart. Dat vond ik wel een hele mooie manier om te zeggen.

H: Dat is een bekende uitspraak, maar ik weet nu even niet van wie dat is.

K: Ik weet ook niet meer van wie het is. Wat heel interessant is daaraan, is dat we het gevoel van het hart en het diepe intuïtieve geweten niet vaak vertrouwen. We hebben dat, denk ik, ook ons vaak afgeleerd. Ik weet dat kinderen daar heel veel contact mee kunnen maken en dat het al snel wordt afgeleerd, omdat ons gevoel vaak niet overeenkomt met wat we beleven en meemaken. Dan leer je al snel af dat het gevoel niet het belangrijkste is, maar je moet het goed kunnen uitleggen en begrijpen. Ook mijn kwaal, en ik denk vooral mannen van mijn leeftijd, is om tegen allerlei problemen aan te lopen.

H: Welk leeftijd ben jij?

K: Ik ben 34. Dus relatief jonge gezonde mannen die het eigenlijk wel op een rijtje hebben, maar die om één of andere reden geen voldoening vinden. Die dus eigenlijk wel aan al die doelen, al die ideeën, al die projecties en verwachtingen voldoen, dus het hele plaatje klopt alleen hebben ze geen voldoening, ze zijn niet gelukkig, ze hebben geen contact met hun hart. Dan zie je dat je helemaal fit kan zijn, helemaal sterk zijn, succesvol zijn in je onderneming, een goede relatie en al die dingen kun je helemaal op een rijtje hebben.

Ondertussen als je niet leeft in verbinding met je hart en met je ziel, dan geeft dat niet de voldoening of geluk waar we zo recht op hebben. Ik denk dat die neiging om vanuit het lijf, dus het hele lijf en ook het hart, naar boven te gaan is bijna altijd een coping mechanisme wat we ergens ontwikkelen. Het is voor mij ook een enorme ontmanteling geweest om al die lagen weg te halen van verwachtingen en nog steeds is dat een proces.

Wat daarbij hoort is denk ik ook de feminiene energie. Dan heb ik niet zo zeer over de polariteit van man en vrouw, maar over het vrouwelijke en het mannelijke dynamiek wat in ons allen leeft. Dat is de procesmatige gevoel, de intuïtie, het invoelen, het doorvoelen van alles wat je meemaakt, wat mij betreft meer in het vrouwelijke energie valt. Dat is wat de wereld nodig heeft. Niet alleen als individu, maar ook op grotere schaal; op politiek niveau, op bedrijfsniveau of het leiderschap bijvoorbeeld.

Het gaat dan niet alleen over productie, over dat bereiken, dit behalen, dat perfect doen, daar een structuur in aanbrengen, maar veel meer bezig te zijn met wat de geleefde ervaring is in het moment is, hoe ik me erbij voel en hoe maak ik daar contact bij. Eigenlijk als je kijkt naar heel veel van de kwalen waar we mee rondlopen in de moderne westerse wereld, moderne leefstijl issues waar we natuurlijk veel van zien zoals burn-out, depressie, overgewicht en ook heel veel chronische problemen die voortkomen uit chronische ontsteking, wat is nou de kern van wat we doen waardoor we in een verloop van 10 jaar “opeens” ziek zijn?

De kern is het niet voelen wat je lijf je verteld, dus het niet waarnemen van alle signalen om te stoppen of om rustig aan te doen. Dat horen we allemaal niet meer en het hoofd zegt alleen maar dat je door moet blijven gaan. Daar is nu wetenschappelijk bewijs voor wat voor mij heel fijn was dat ik het kon verklaren. Als je bijvoorbeeld kijkt naar de sympathicus, die is doel georiënteerd, die is gericht op mobilisatie en dat er dus iets nog gedaan moet worden. Ik denk dat dat is waar we nu met z’n allen in leven. Aan de andere kant leeft die parasympathicus, waar we zelf bewustzijn hebben.

Het vermogen om gevoel te voelen, iedereen denkt dat je bij die parasympathicus helemaal “blissed out” en blij en relaxed bent, maar ook het voelen van je emoties hoort erbij. Het voelen van rouw, van verdriet, van boosheid, van wat dan ook, dat vindt ook plaats in die ruststand. Hier is dan een soort van verklaring daarachter, van waarom we daar zo in vast blijven zitten, het is omdat die sympathicus, dat is een overleving systeem, elke keer als je hem gebruikt dan krijg je een interne beloning.

Als je bijvoorbeeld toch ’s nachts je laptop opendoet en nog drie e-mails eruit knalt, omdat je vindt dat het moet, in plaats van dat je jezelf nachtrust en zelfzorg gunt. Daarna doe je je laptop dicht en dan heb je het idee dat het goed van je is dat je het hebt gedaan. Dan heb je dus een interne beloning en bevestiging voor dat patroon die zegt dat je nog niet veilig bent, je bent er nog niet of je bent nog niet goed genoeg. Waardoor je dus niet terug kan komen naar die ruststand van dat je hier bent en dat hier oké is.

Het hoeft niet beter en het hoeft niet verder of sneller, je mag gewoon voelen wat er te voelen valt. Dit is een groot pad voor mij sinds mijn dochter geboren is, want die leert mij dat. Die spiegelt mij direct wanneer ik keuzes vanuit mijn hoofd maak en die langzamerhand mij leert om steeds beter vanuit mijn hart te leven. Dat is een beetje mijn beeld daarop. Ik vind het altijd jammer als mensen mijn werk interpreteren van dat je alles kan optimaliseren, dus alles moet dan veranderen en beter gedaan worden.

Nee, als je namelijk tevreden bent in je leven en als je gewoon nu tevreden kan zijn met alles wat je nu hebt, ook al ben je ziek of niet een baan waar je blij mee bent of ben je niet in de beste relatie met de mooiste man of vrouw, als je nu kan zeggen dat je dit accepteert en tevreden bent en dat je vanuit dankbaarheid en geluk met die omstandigheden kan leven, dan valt er wat mij betreft niks meer te optimaliseren.

H: Dat is het dan. Dat je verdiept in wat er is en als je daar content mee bent, dan is dat toch perfect? Met het hart wat je ook net zei, dan moet ik ook heel erg denken aan wat de adem mij altijd gebracht heeft. Ik ben daar ook per ongeluk in 2002 mee in aanraken gekomen. Wat het mij eigenlijk geleerd heeft, en jij legt het ook mooi uit, is dat ik mocht voelen wat er was. Ik zeg ook altijd tegen mensen dat ze moeten voelen wat ze voelen en gewoon door blijven ademen. Dat lijkt zo simpel, maar het is het grootste cadeau wat ik ontdekte en mezelf ook heb gegeven.

Dan komen het hart kwaliteit en dat gevoel, die mag er dan zijn in plaats van dat het weg gedrukt wordt. Dat wordt ons ook niet geleerd. Als je dan ouder wordt kan je het leren, niet ouder van leeftijd maar juist vader of moeder, en anders kom je het op een andere manier tegen. Een kind is altijd heel puur, een baby bijvoorbeeld is alleen maar hart en dan heb je die resonantie meteen. Dat is dus voor mij van ademen, voel wat je voelt en adem door.

K: Ik denk dat het belangrijk is om momenten te hebben dat we dat doen met zijn allen, dat we contact maken. Dit gesprek voeren is belangrijk, je kan het uitleggen, maar zodra je woorden gebruikt heb je heel snel dat mensen zich daarvan af kunnen keren. Woorden zijn maar symbolen. Als je bijvoorbeeld spreekt over het hart en over het openen van het hart, dan heb je ook mensen die direct afhaken.

Dat zijn nou juist de mensen die zo in hun hoofd leven dat ze dat niet kunnen voelen en die vinden het maar vaag. Wat het prachtige is aan ademhaling is dat het dé manier is om contact te maken met het hart en het is niet een vaag zweverig idee, want het is inmiddels op een punt dat het eigenlijk heel erg doelmatig is en dat is iets wat ik de laatste twee jaar heb onderzocht. Wat is nou de exacte adem frequentie en adem functie, qua neus, buik, mond en borst, voor ieder persoon die ervoor zorgt dat die hartcoherentie het snelst gemaakt wordt?

Dus het deel van het zenuwstelsel wat de verbinding maakt, fysiologisch gezien, tussen hart en hoofd. Hoe kunnen we die het snelst activeren, want als die zenuwverbinding aanstaat en de tonus van die verbinding omhoog gaat dan heeft vrijwel iedereen diezelfde geleefde fysieke hart ervaring. Dat vind ik waanzinnig fascinerend. Je kijkt naar het mens als biologisch systeem, wat natuurlijk niet los te stellen is van een energetisch systeem of een ziel. Als ik veertig mensen voor me heb in een zaal, in een retraite, dan ging ik gewoon met ze aan de slag, ik vertelde wat verhalen en we deden wat uitdagingen. Een ijs bad, een wandeling op blote voeten en dan aan het einde van het weekend of week was daar die hart verbinding.

Iedereen was in dezelfde frequentie en het was allemaal open. Ik vroeg me dan af hoe we daar precies zijn gekomen, wanneer is die schakel? Ik heb heel veel van dat soort cursussen gedaan en elke keer zag ik dat het moment iets eerder kwam en dat ik iets meer begreep waar de knopjes en het hendeltje zitten. Ik kwam op een gegeven moment tot een punt van begrip dat ik bijvoorbeeld ook op de eerste dag, na het voorstel rondje, al op die frequentie kan zijn. Ik kan dat allemaal uitleggen van hoe het werkt en hoe ik dat doe, maar dat is dus de reden waarom ik een vijfdaagse adem cursus nu heb.

Het gaat erom dat het specifiek is, er is echt een target. Het is niet meer in het zweverig. Ik ben altijd al ontzettend van het zweverig geweest, ik vind alles fantastisch interessant, maar ik denk dat we nu voor het eerst in een tijdperk leven dat die kloof dichtgegooid kan worden en dat er een echte verbinding kan zijn. Er zijn theoretische raamwerkingen met goede achtergrond. Als we daar de juiste educatie aan toevoegen, dat dus mensen echt kunnen zien dat het op die manieren werkt, dan maak je weer een kring helemaal terug naar de natuurlijke bron.

Wat al duizenden jaren in tempels, in kerken, in rituelen, in sjamanistisch praktijk worden gedaan; in een specifieke ritme de ademhaling, de stem, de beweging in een specifieke functie uitlijnen met elkaar in een setting waar we samen zijn. Het knopje gaat dan om en die hart verbinding is er. Dat vind ik fantastisch. Elke keer als de wetenschap ergens mee komt dan denk ik van “we zijn er weer”. We zijn weer terug bij de bron en dit is wat mensen duizenden jaren al doen terwijl wij het zijn vergeten.

H: Ik vind het super tof dat jij dat ook op jouw manier weer dat deelt, omdat er zoveel behoefte aan is om die verbinding uit te leggen. Dat gaat meestal via het brein, dus als mensen het goed uit kunnen leggen is dat gewoon geweldig. Ik merk heel vaak dat mensen dan makkelijker openstaan, omdat ze het begrijpen en dan kan je ze meenemen eigenlijk. Super tof dat jij dat doet om het uit te zoeken en daar weer les in geeft. Dankjewel voor dit gesprek, maar ik dacht nog aan een vraag. Als jij, met de kennis die je nu hebt, rond de 15 of 16 jaar was en je had last van angst en stress op school, wat had je dan gedaan? Wat zou je dan tegen de 15 of 16 jarige dan zeggen?

K: De boodschap die ik die versie van mezelf zou geven is, ik weet niet hoe je dat zou communiceren, dat het al goed is. Het is wel oké en er hoeft niets te gebeuren, te bereiken of behalen om het goed te hebben, want dat is er al. Ik denk dat dat de belangrijkste boodschap was geweest voor mij, dus vanuit die rust van het is eigenlijk al goed. Daar vanuit is het optimaliseren een spelletje. Is het een leuk en creatief proces. Het is niet het moeten doen om goed te zijn.

H: Ik vind het een mooie afsluiting, dankjewel. Dankjewel voor het kijken en dit is de website van topper Kasper Vermeulen https://mindlift.com/

Over de schrijver
Heleen Ytsma is NLP Master, Ademcoach, Wim Hof Methode Instructeur, Yogadocent. Ik werk het liefst samen met mensen die meer willen weten over de (samen)werking van lichaam en geest, open staan voor andere vormen van ontspanning en zich willen verdiepen in technieken voor ademhaling en meditatie.
Reactie plaatsen